Hengelo, een stad die naar voren komt als een voorbeeld voor het hele land, alhoewel de inwoners van Hengelo dit niet snel zullen beamen. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) speelt hierbij een cruciale rol door dankbaar te zijn voor de mogelijkheid om bijna duizend vluchtelingen en asielzoekers gedurende minstens tien jaar op een vaste locatie te huisvesten. De vraag die rijst is echter of dit werkelijk een reden tot trots is.
In de vergrote blik naar de asielzoekers- en vluchtelingenopvang aan de Hazenweg wordt duidelijk dat deze uitdaging een gelaagde impact heeft op de lokale gemeenschap. Hier rijst de vraag: is deze opvang een zegen voor Hengelo of eerder een struikelblok?
De discussie omtrent trots en dankbaarheid in het bieden van onderdak aan vluchtelingen en asielzoekers brengt fundamentele vraagstukken naar voren. Is het louter een daad van menslievendheid of dient het te worden beschouwd als een verantwoordelijkheid die zorgvuldig moet worden afgewogen?
De onbevangen observatie van de effecten van de asielzoekers- en vluchtelingenopvang reikt verder dan de oppervlakte. Het overstijgt de initiële reactie van trots tot een dieper begrip van de maatschappelijke dynamiek die hiermee gepaard gaat.